Elf vragen aan… Giel van de Ven

HAAREN/OISTERWIJK – Een van de gevreesde aanvallers van Nemelaer is Giel van de Ven. De rappe Oisterwijker, een van de weinige spelers ‘van buitenaf’, vertelt over knaloranje schoenen, een gemiste pingel tegen de rivaal, een ‘oude’ keeper die mentaal twintig is, de historie van Taxandria en de toekomst van Trinitas.

Naam: Giel van de Ven.
Geboren: 8 januari 1997.
Club(s): Nemelaer en voorheen, tot 2017, Taxandria.
Positie: Ik speel vaak als buitenspeler en sporadisch op 9 of 10.
Dagelijks leven: Ik woon sinds december op mezelf in hartje centrum Oisterwijk, in een appartement. Heerlijk overal dichtbij. In het dagelijks leven ben ik werkzaam in Breda als adviseur bij een detacheringsbureau. En naast voetbal en werk vul ik vooral mijn vrije tijd met vrienden, waar vaak wel een pilsje bij komt kijken.

  1. Sterkste/zwakste punt: Ik moet het vooral hebben van mijn werkethiek, snelheid en uithoudingsvermogen. Dit in combinatie met wat spelinzicht en een redelijke basistechniek, maakt mij denk ik een hele bruikbare voetballer. Zwakker vind ik mijn koelbloedigheid voor de goal. En ik zou wat vaker mijn mond dicht kunnen houden binnen de lijnen.
  2. Kunst- of natuurgras: Doordeweeks train ik het liefst op kunstgras, dan kunnen we echt een heel hoog niveau halen met de groep. Er gaat echter niets boven een goed natuurgrasveld, maar helaas kom je die maar weinig tegen.
  3. Kleur voetbalschoenen: Vaak hebben ze bij Nike van de nieuwste uitvoering ook een ‘all black’-editie. Die draag ik het liefst. Alleen als de schoenen toevallig kapot gaan en ik moet snel nieuwe hebben, kan ik ook prima een paar knaloranje bestellen.
  4. Mooiste tenue en sportpark: Ik vind van jongs af aan altijd het gele thuistenue van Brazilië iets magisch hebben.
    Het mooiste sportpark is een makkelijke, maar helaas wel verleden tijd. Het sportpark van Taxandria, midden in de bossen, blijft bijzonder. Niet voor niks dat veel profclubs daar trainingskampen afwerkten.
  5. Mooiste voetbalmoment: De promotie met Taxandria, toen ik net in het eerste speelde. We promoveerden naar de 3e klasse en hebben vervolgens twee of drie dagen gefeest.
  6. Dieptepunt/grootste blunder: Toen ik net bij Nemelaer kwam, speelden we een bekerderby tegen Helvoirt. Nadat we de voorsprong uit handen gaven, werden het penalty’s. Ik miste als enige, de zevende. Ik weet hoe belangrijk een overwinning op Helvoirt is voor Nemelaer, dus dat was echt een pijnlijke.
  7. Opvallendste teamgenoot: Ik kan echt genieten van Bram Bergmans. Die schopt in het veld elke buitenspeler over de boarding, komt altijd één minuut voor de afgesproken tijd op het sportpark en tijdens de derde helft gaat hij voorop in de strijd. En dat alles altijd met een grote glimlach.
  8. Voetbalhumor: Kamile (de Jong, red.), onze keeper, is tijdens de trainingskampen en teamuitjes altijd op oorlogspad. Hij bestelt de weken ervoor al allerlei stinkbommen en andere troep. Die vent is de oudste van allemaal, maar mentaal is hij net als toen hij twintig was. Met hem in de buurt denk je wel twee keer na voordat je de eerste bent die naar bed gaat.
  9. Wat wil je nog bereiken: Ik ben eigenlijk heel blij dat mijn stap van Taxandria naar Nemelaer zo goed heeft uitgepakt. Mocht ik ooit nog van club wisselen, dan zou dat terug naar Oisterwijk zijn. In de 1e klasse kan ik heel leuk mee en het mooie bij Nemelaer is dat dit gecombineerd kan met de instelling van een caféelftal – buiten de trainingen en negentig minuten op zondag om natuurlijk. Ik denk dat we door die band binnen de lijnen juist extra hard lopen voor elkaar.
  10. Beste speler uit de regio: Onze eigen aanvoerder Luuk Vermeer. Ik heb nog nooit gezien dat hij het onderspit delfde. Hij is eigenlijk altijd de baas op het middenveld. Snel, sterk, linksbenig, rustig aan de bal en hij snapt het spelletje, heel allround!
  11. Opvallendste regioclub: In deze tijd lastig te zeggen, maar ik ben benieuwd of Trinitas als fusieclub op korte termijn zou kunnen doorstoten naar de 2e of zelfs 1e klasse. Je zou denken dat een dorp als Oisterwijk met één grote club wel op termijn naar dat niveau kan.
Foto: Jan Verhoeven

Geef een reactie