‘Ik heb niet zoveel met de Bossche clubs’
DEN BOSCH – Na jarenlang tegen clubs als Vianen Vooruit, Venhorst en Olympia’18 te hebben gevoetbald, mogen de tweedeklassers uit ons regio komend seizoen meer richting het westen reizen. Met Gilze, Hilvaria, Oosterhout, Rijen, SVSSS, Trinitas Oisterwijk, TSC, Uno Animo en WSC als tegenstander is de competitie op het eerste gezicht wat aantrekkelijker dan voorheen. Maar hoe denken de betrokkenen daar zelf over?
Rico de Laat is duidelijk: “Hele mooie competitie! Wij zijn blij dat we eindelijk weer eens wat andere teams tegen krijgen. Plus we hoeven niet meer zo lang in de auto te zitten. Ik denk wel dat het er een stuk sterker op is geworden, met veel goed voetballende ploegen, maar dat maakt het alleen maar een mooiere competitie”, vindt de aanvaller van Helvoirt. “Mooi ook dat we met maar 13 clubs in de poule zitten. Voordeel daarvan is dat we twee vrije zondagen extra hebben. Als je ouder wordt, is het niet erg om wat meer rust te krijgen.”
Voor nieuwkomer Trinitas is het een prachtige, regionaal ingevulde competitie. “Met veel derby’s, maar tegelijk ook: veel zwaarder kon het bijna niet”, is de eerste reactie van Pierre van Berkel. “Mooi dat we mijn vorige clubs Hilvaria en SVSSS treffen. Op voorhand denk ik dat TSC, CHC en Emplina aan bovenkant zitten en de andere clubs aan elkaar gewaagd zijn.”
Verrassing
Het naar de 2e klasse gepromoveerde Schijndel is niet ingedeeld bij de ‘Bossche’ clubs, maar moet naar onder meer Boekel, Schaijk, Mook, Groesbeek, Boxmeer, Beek en Donk, Overloon en Volkel. Voor Jordy Broks is dat geen probleem. “Ik heb net zo weinig met de Bossche clubs als met de clubs waar we nu bij zitten, als ik eerlijk ben. De reistijd was het enige voordeel geweest, maar ik vind het wel prima zo. Er zitten veel clubs bij waar we al lang niet meer tegen gespeeld hebben. Zoveel derby’s als afgelopen seizoen was toch niet meer mogelijk. Misschien kunnen we wel eens voor een verassing gaan zorgen.”