Uit de krant: Uitdagingen genoeg bij ODC

BOXTEL – Voor iedereen die de tweede 073voetbalkrant net na de winterstop heeft gemist, plaatsen we de interviews die daarin te lezen waren online. Zo ook het (opgeknipte) artikel over de ‘Boxtelse eikels, tribunes en biljartlakens’. Vandaag vertelt ODC-icoon Wim Kanters over de twee sportparken van de club.


Uitdagingen heeft Kanters voldoende. Voor hem is er desondanks geen twijfel mogelijk: binnen de Boxtelse gemeentegrenzen springt het hoofdveld van ODC er volgens de clubman echt uit. “Jammer dat we tegenwoordig slechts in de 3e klasse spelen, want we beschikken over een staantribune aan de lange zijde, een hoofdtribune aan de overkant en daarnaast nog een kleine tribune voor de oudjes. Sportpark Molenwijk ligt ook prachtig in het park.”

Helaas ontbreekt het volgens het erelid wel aan voldoende parkeergelegenheid. “Maar dat gaat niet meer veranderen. In de tijd dat ik zelf nog in het eerste voetbalde, zelfs nog een jaar in de hoofdklasse, kwamen er soms 1.500 tot 2.000 toeschouwers en die moesten allemaal in de wijk parkeren.”

Geen luxe
Inmiddels is Kanters in het bestuur verantwoordelijk voor onder meer de accommodatie. “Zoals bekend hebben wij twee complexen. Naast Molenwijk, waar ons hoofdveld en een trainingsveld liggen, wordt vooral op sportpark Wagenaars heel veel gevoetbald. Daar worden de twee kunstgrasvelden iedere zaterdag en op doordeweekse avonden volop bespeeld. Als het eerste en tweede elftal een uitwedstrijd hebben, proberen we een sportpark op zondag niet in te zetten. Je zou zeggen dat het een luxe is, twee terreinen, maar dat is het niet. Twee kantines, twee terreinmeesters, twee wasruimten, zie alles maar eens dubbel te bemannen.”