‘Periodetitel was miraculeus geweest’

NULAND – Even leek er een stunt in de maak. Hoewel voorafgaand aan het weekend met name SBC, Den Dungen en Margriet werden genoemd als kanshebbers voor de tweede periode, zag het er gedurende de zondagmiddag naar uit dat outsider Nulandia met de prijs aan de haal zou gaan. Pas op het allerlaatste moment ging de periode alsnog aan de neus van Giovanni Henskens voorbij.

Doelpunten van Juul Ruijs, Tom van de Ven en Gijs Kerkhof (2) leidden Nulandia naar een eenvoudige overwinning op Vorstenbossche Boys. Naarmate die wedstrijd vorderde, gebeurde er van alles om Henskens heen. “Ik zag steeds meer telefoontjes tevoorschijn komen”, vertelt hij een dag later met een glimlach, wanneer hij er aan terugdenkt. “In de dug-out een fanatieke leider en assistent-trainer en daarnáást geblesseerde spelers. Ze hebben blijkbaar een groepsapp met leiders en andere betrokken leden van alle clubs uit de competitie en daar worden de live scores gedeeld. Mooie beleving.”

Ontzettend klein
Echt rekening met het scenario dat Nulandia de periodetitel wel eens kon pakken, zegt de 35-jarige trainer niet gehouden te hebben: “De kans was vooraf ontzettend klein. Het was natuurlijk miraculeus geweest als we de periodetitel hadden kunnen vieren. Heel even zag het er naar uit, maar helaas maakte Margriet in de laatste minuut alsnog de winnende in Alem en gingen zij er mee aan de haal. Maar goed, tot dusver is het al heel mooi dat we met elkaar tot hier zijn gekomen.”

Boven verwachting
Het eerste seizoen voor Henskens bij Nulandia verloopt tot dusver boven verwachting. “We hebben als doel handhaving in deze klasse. Na de promotie zijn we met een vrijwel nieuwe groep begonnen. Niemand wist op voorhand hoe het zou gaan lopen, nadat een aantal dragende spelers ermee stopten.”

Er kwam veel jeugdig elan, spelers van het tweede elftal en de JO19, voor in de plaats. Henskens zegt een goede klik te hebben met de spelersgroep: “Er staat een hecht collectief. Hopelijk kunnen we de stijgende lijn door blijven trekken. Ik wil het maximale uit de groep halen, maar we moeten wel met beide benen op de grond blijven staan.”